Sabbat

De Sabbat is de eerste feestdag die is ingesteld door de Allerhoogste, Schepper van hemel en aarde. De zon en de maan werden gecreëerd op de vierde (4e) dag van de schepping en drie dagen later, op de 7e dag, werd de Sabbat ingesteld. De Sabbat is een door de Almachtige gezegende en geheiligde dag, een dag van rust.

“Als nu God op den zevenden dag volbracht had Zijn werk, dat Hij gemaakt had, heeft Hij gerust op den zevenden dag van al Zijn werk, dat Hij gemaakt had. En God heeft den zevenden dag gezegend, en dien geheiligd; omdat Hij op denzelven gerust heeft van al Zijn werk, hetwelk God geschapen had, om te volmaken.” (Genesis 2:2-3).

De Sabbat behoort tot een van de 10 geboden die Elohim Zijn volk heeft voorgehouden te onderhouden, nadat Hij hun uit Egypteland, uit het diensthuis, had uitgeleid. Het is het vierde en langste gebod. “Gedenkt den Sabbatdag, dat gij dien heiligt. Zes dagen zult gij arbeiden en al uw werk doen; Maar de zevende dag is de sabbat des HEEREN uws Gods; dan zult gij geen werk doen, gij, noch uw zoon, noch uw dochter, noch uw dienstknecht, noch uw dienstmaagd, noch uw vee, noch uw vreemdeling, die in uw poorten is; Want in zes dagen heeft de HEERE den hemel en de aarde gemaakt, de zee en al wat daarin is, en Hij rustte ten zevenden dage; daarom zegende de HEERE den sabbatdag, en heiligde denzelven.” (Exodus 20:8-11)

De Sabbat is een eeuwig verbond en een teken tussen de Almachtige en het volk van Yisrael. “Dat dan de kinderen Israëls den sabbat houden, den sabbat onderhoudende in hun geslachten, tot een eeuwig verbond. Hij zal tussen Mij en tussen de kinderen Israëls een teken in eeuwigheid zijn; dewijl de HEERE, in zes dagen, den hemel en de aarde gemaakt, en op den zevenden dag gerust en Zich verkwikt heeft.” (Exodus 31:16-17)

Op de Sabbat mag je niet je eigen plezier beleven, mag niet worden gekookt en niet worden gekocht of verkocht. “Indien gij uw voet van den sabbat afkeert, van te doen uw lust op Mijn heiligen dag; en indien gij den sabbat noemt een verlustiging, opdat de HEERE geheiligd worde, Die te eren is; en indien gij dien eert, dat gij uw wegen niet doet, en uw eigen lust niet vindt, noch een woord daarvan spreekt; Dan zult gij u verlustigen in den HEERE, en Ik zal u doen rijden op de hoogten der aarde, en Ik zal u spijzigen met de erve van uw vader Jakob; want de mond des HEEREN heeft het gesproken.” (Jesaja 58:13-14)

“Gij zult geen vuur aansteken in enige uwer woningen op den Sabbatdag.” (Exodus 35:3) en  “Hij dan zeide tot hen: Dit is het, dat de HEERE gesproken heeft: Morgen is de rust, de heilige sabbat des HEEREN! wat gij bakken zoudt, bakt dat, en ziedt, wat gij zieden zoudt; en al wat over blijft, legt het op voor u in bewaring tot den morgen.” (Exodus 16:23).

“Ook als de volken des lands waren en alle koren op den Sabbatdag ten verkoop brengen, dat wij op den sabbat, of op een anderen heiligen dag van hen niet zouden nemen; en dat wij het zevende jaar zouden vrij laten, mitsgaders allerhande bezwaarnis. ” (Nehemia 10:31) en “In dezelfde dagen zag ik in Juda, die persen traden op den Sabbat, en die garven inbrachten, die zij op ezels laadden; als ook wijn, druiven en vijgen, en allen last, dien zij te Jeruzalem inbrachten op den Sabbatdag; en ik betuigde tegen hen ten dage, als zij eetwaren verkochten.” (Nehemia 13:15)

“En Hij gaf ons een groot teken, de Sabbatdag, dat we zes dagen moesten werken, maar op de Shabbat de zevende dag ons zouden onthouden van al het werk. En al de malakim van de tegenwoordigheid, en alle malakim van heiliging, deze twee grote klassen – Hij heeft ons opgedragen de Sabbat bij Hem te houden in de hemel en op aarde. (Jubilees 2:17-18)

De Almachtige heeft zowel het volk Yisrael als de sabbat geheiligd (apart gezet) en gezegend. De sabbat is een teken tussen Hem en Zijn volk. “En Hij zei tot ons: ‘Zie, Ik zal een volk uit alle volken voor Mij afscheiden, en deze zullen de Sabbatdag houden, en Ik zal hen voor Mijzelf heiligen als Mijn volk, en hen zegenen; zoals Ik de Sabbatdag heb geheiligd en deze voor Mijzelf heilig, zo zal Ik hen zegenen, en zij zullen Mijn volk zijn en Ik zal hun Soevereine Heerser zijn.

En ik heb het zaad van Jakob gekozen uit alles wat ik heb gezien, en heb hem opgeschreven als Mijn eerstgeboren zoon, en heb hem voor Mijzelf voor eeuwig en altijd geheiligd; en ik zal hun de Sabbatdag leren, zodat ze Sabbat daarop mogen houden van al het werk.’

En aldus schiep Hij daarin een teken in overeenstemming waarmee zij op de zevende dag de Sabbat bij ons moesten houden, om te eten en te drinken, en om Hem te zegenen die alle dingen heeft geschapen, zoals Hij voor Zichzelf een bijzonder volk heeft gezegend en geheiligd. En dat alle volkeren, samen met ons de Sabbat zouden houden.

En Hij liet Zijn geboden opstijgen als een zoete smaak die al de dagen voor Hem aanvaardbaar was. Er ​​(waren) tweeëntwintig hoofden van de mensheid van Adam tot Jakob, en tweeëntwintig soorten werk werd gedaan tot de zevende dag; dit is gezegend en kodesj; en de eerste is ook gezegend en kodesj; en deze dient met die tot heiliging en zegen.

En aan deze (Yacob en zijn zaad) werd het toegestaan ​​dat zij altijd de gezegenden en kodesj zouden zijn van de eerste getuigenis en Torah, net zoals Hij de Sabbatdag op de zevende dag had geheiligd en gezegend. Hij schiep hemel en aarde en alles wat Hij schiep in zes dagen, en Hij maakte de zevende dag kodesj, voor al Zijn werken; daarom gebood Hij namens hen dat iedereen die er enig werk aan doet, zal sterven, en dat hij die het verontreinigt, zeker zal sterven.

Waarvoor U gebiedt de kinderen van Yisrael deze dag in acht te nemen, opdat zij het kodesj mogen houden en er geen enkel werk op mogen doen, en het niet mogen verontreinigen, aangezien het meer kodesj is dan alle andere dagen. En wie het ontheiligt, zal zeker sterven, en wie er enig werk doet, zal zeker voor eeuwig sterven, opdat de kinderen van Yisrael deze dag in acht zullen nemen door hun geslachten heen, en niet uit het land worden uitgeroeid; want het is een kodesj-dag en een gezegende dag. En iedereen die het in acht neemt en de Sabbat daarop houdt van al zijn werk, zal zoals wij kodesj en gezegend worden gedurende alle dagen.” (Jubilees 2:19-28)

Op de Sabbat mag niet worden gevast. “Want groot is de eer die de Heer aan Yisrael heeft gegeven om te eten en te drinken en verzadigd te zijn op deze feestdag, en daarop te rusten van alle arbeid die behoort tot de arbeid van de mensenkinderen, behalve het verbranden van wierook en het brengen van offergaven en offers.” (Jubilees 50:10)

Op de Sabbat mag niet worden gereisd of gesexed. “De man die er enig werk aan doet, zal sterven: wie die dag ontheiligt, wie met (zijn) vrouw ligt, of wie zegt dat hij er iets aan zal doen, dat hij daarop op reis zal gaan met betrekking tot het kopen of verkopen…zal sterven. (Jubilees 50:08)

En de Schepper van alle dingen zegende de sabbat, maar hij heiligde niet alle volkeren en natiën om Sabbat te houden, maar Yisrael alleen: alleen zij liet Hij toe om te eten en te drinken en om Sabbat te houden op aarde. (Jubilees 2:31)

%d bloggers liken dit: